Stage schoolproject in de stad

Bij aanvang van het project leerden we kennis maken met het thema helden en schurken.

We wouden zeker en vast actief en zelfontdekkend aan de slag gaan met de kinderen, omdat we in eerdere stages al gemerkt hebben dat wanneer men al doende leert, men het des te sneller onthoudt. We zijn ook vertrokken vanuit de ervaring met de impressieweek en de muzische stage, dit wil zeggen vertrekken vanuit een verhaal. En ook hier zagen we, dat dit zijn effect had. Kinderen gingen actief opzoek naar de Superschurk in het verhaal, dit door tips te verzamelen doorheen de themablokken en dagen. Elke dag legden we de puzzelstukjes bij elkaar, om een stapje verder te komen in onze zoektocht.

Binnenin het thema probeerden we om zoveel mogelijk leergebiedoverschrijdend te werken. We gingen aan de slag met taal, media, wereldoriëntatie, muzische vorming, ... . Nadat we de feedback kregen om ons thema nog verder uit te diepen, en er de zaken nog meer uit te halen, wouden we zeker hiermee aan de slag. Zo pasten we ruimschoots alle themablokken nadien aan.
Vb: Ipv: verhaaltje over kattenkwaad schrijven à krantenartikel schrijven (kenmerken van een krantenartikel gekeken, krantenartikelen werden met elkaar vergeleken, de kinderen konden kiezen uit twee uiteenlopende afbeeldingen van held-schurk om er een krantenartikel rond te schrijven). De kinderen doorliepen een hoekenwerk speciaal gemaakt voor de schurken die ze tegen zouden komen op sociale media.

De kinderen werden telkens uitgedaagd vanuit een verschillende invalshoek, omwille van het leergebiedoverschrijdend te werk gaan. Kinderen mochten als het ware van alles een beetje proeven vanuit het thema. Zo kon elk kind zijn/haar talent inzetten. Het ene kind, is liever muzisch bezig, terwijl de andere liever met media bezig is enz. We probeerden steeds tools aan te reiken, om kinderen op weg te zetten, zonder het pad voor hen volledig uit te stippelen van A-Z. Zo konden kinderen hun eigen inbreng geven, maar toch met een houvast waar sommigen toch nood aan hadden.

We hebben één van de eerste observatiedagen een brainstorm gehouden met de leerlingen, dit door het gebruik van een woordspin. We kenden de leerlingen niet dus het was een beetje zoeken welke brainstormtechniek we zouden gebruiken. Allereerst vertelden we hun wat het thema was. Om maximale inspraak te creëren van de kinderen stelden we de volgende drie vragen aan de kinderen: wat ken je al over dat thema, wat wil je er nog over leren en welke activiteiten zou je graag met de klas doen?

De kinderen kregen de taak om per vier, in groep een mindmap te maken. Dit deden ze aan de hand van een foto die iets te maken had met helden en/of schurken. We kozen ervoor om te gaan voor heel uiteenlopende foto's. Zo had je bijvoorbeeld: familie, sporters, kledij, bekende figuren in de geschiedenis, game spelletjes (Mario Bros), ... . Daarna kreeg de groep een tweede foto, een heel andere foto dan de eerste, dus van het ene uiterste van een held en/of schurk naar het andere. En daar zag je toch dat de leerlingen verder dachten en verdere associaties maakten dan eigenlijk die eerste drie vragen die er initieel gesteld werden. Ze legden verbanden tussen foto's. Maar kwamen ook tot nieuwe inzichten omdat het niet het eerste was waar ze aan initieel aan dachten. Op het einde werd er ook nog een korte bespreking gehouden met de gehele klas. Hierbij bespraken we elkaars bevindingen, wie waar kon aanvullen op een ander groepje zijn/haar mindmap.

De kansen tot ouderbetrokkenheid werden benut, we communiceerden zowel schriftelijk, als mondeling. Schriftelijk door ons voor te stellen in een brief, alsook materialen mee te vragen. We hielden ook (korte) informele gesprekken aan de schoolpoort met de ouders/familieleden aan de schoolpoort.

We trachtten steeds kinderen zelf in te schakelen bij het "ontcijferen" van moeilijke woorden. Kinderen die het moeilijkere woord kende, kregen de kans om dit uit te leggen aan hun klasgenoten. Indien dit niet zo was, werd dit door één van de leerkrachten uitgelegd en/of verduidelijkt aan het bord met concrete voorbeelden. Vb: synoniem, uitgeverij, tegengestelde, ... . Om aandacht te hebben voor verschillen tussen leerlingen, gingen we dan ook aan de slag met het driesporensysteem, alsook de co-teachingsvorm om de klas in twee te splitsen. Taalzwakkere kinderen gingen intensiever, één op één met één van de leerkrachten aan de slag.

We hielden ook telkens rekening met de co-teachingsvormen die we aangereikt kregen. we leerden ermee experimenteren, probeerden nieuwe dingen uit, zagen dat sommige vormen niet werkten en namen dit mee naar de volgende lessen. We merkten beiden dat we niet steeds samen voor de klas hoefden te staan, maar gerust ook een deel van de groep uit de klas kon halen, om bv twee lessen afwisselend te geven. We maakten gebruik van verschillende vormen zoals: observatiemodel, coachingsmodel, ondersteuningsmodel, sequentieel model, parallel model en het hoekenwerkmodel. We merkten dat het interactief model niet zo goed werkte in deze klas. We organiseerden steeds een overleg na school, om onze lessen te bespreken, alsook te bespreken wat er anders had gekund, en wat we meenemen naar de volgende keer. We merken allebei dat we ten opzichte van vorige week, in stijgende lijn zijn gegaan naar week 2.

Er werd door beide studenten een grote soepelheid en openheid getoond naar overleg toe met alle betrokkenen, zowel met de mentor, als tussen ons zelf, als met de leergroepbegeleiders. We hielden als co-teachers elke dag een evaluatiemoment over hoe de dag verliep. Ook vroegen we elke dag kort feedback aan de mentor, zodat we eventueel onze lessen en project konden bijsturen indien nodig.